fbpx

Contractvoorwaarden veiligheidscoördinatie ontwerp – KB Tijdelijke en mobiele bouwplaatsen

Overeenkomst tot aanstelling veiligheidscoördinator ontwerp

We kunnen enkel optreden als veiligheidscoördinator ontwerp indien de bouwvergunning nog niet werd ingediend. Indien we na het indienen van de bouwvergunning zijn aangesteld, dan wordt er geen VGM-plan opgemaakt. Er worden wel richtlijnen gegeven om veilig te kunnen werken op de werf.

1. De taken van de veiligheidscoördinator ontwerp

1.1. De veiligheidscoördinator ontwerp is belast om zorg te dragen voor de coördinatie inzake veiligheid en gezondheid tijdens de uitwerkingsfase van het ontwerp van het bouwwerk.

1.2. De opdracht van veiligheidscoördinatie omvat alle coördinatietaken zoals ze zijn voorzien in artikel 18 van de wet van 4/08/1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk en in artikel 4 sexies van het KB van 25/01/2001 betreffende de Tijdelijke of Mobiele Bouwplaatsen.

Taken opgelegd in de welzijnswet van 04/08/1996 (cf. Artikel 18) :

  • Hij coördineert de uitvoering van de bepalingen van artikel 17 van de welzijnswet;
  • Hij stelt een veiligheids- en gezondheidsplan op of laat dit opstellen waarin de op de betrokken bouwplaats toepasselijke regels worden vermeld, eventueel rekening houdend met de exploitatiewerkzaamheden op de bouwplaats en waarin voorts specifieke maatregelen voorkomen met betrekking tot de werkzaamheden die behoren tot de door de Koning bepaalde categorieën;
  • Hij stelt een dossier samen dat is aangepast aan de kenmerken van het bouwwerk en waarin de voor de veiligheid en gezondheid nuttige gegevens worden vermeld, waarmee bij latere werkzaamheden moet worden rekening gehouden.

 Taken opgelegd in het KB Tijdelijke of mobiele bouwplaatsen van 25/01/2001 (cf. artikel 4       sexies) :

  • Hij stelt het veiligheids- en gezondheidsplan op en neemt hierin de keuzen, bedoeld in artikel 17 van de welzijnswet, in op evenals de voor de veiligheid en gezondheid kritieke fasen waarop de coördinator verwezenlijking ten minste op de bouwplaats moet aanwezig zijn;
  • Hij past het veiligheids- en gezondheidsplan aan aan elke wijziging aangebracht aan het ontwerp;
  • Hij maakt de elementen uit het veiligheids- en gezondheidsplan over aan de tussenkomende partijen voor zover deze elementen hen betreffen;
  • Hij zorgt ervoor dat de betrokkenen schriftelijk in kennis gesteld worden van hun eventuele gedragingen, handelingen, keuzen of nalatigheden die in strijd zijn met de algemene preventieprincipes; daartoe mag hij ook een coördinatiedagboek aanwenden;
  • Hij adviseert de opdrachtgever inzake de overeenstemming van het document gevoegd bij de offertes, bedoeld in artikel 30, tweede lid, 1 °, met het veiligheids- en gezondheidsplan en stelt hen in kennis van eventuele niet-overeenstemmingen;
  • Hij opent het postinterventiedossier en het coördinatiedagboek, houdt ze bij en vult ze aan;
  • Hij draagt het veiligheids- en gezondheidsplan, het coördinatiedagboek en het postinterventiedossier over aan de opdrachtgever en stelt die overdracht en het einde van het ontwerp van het bouwwerk schriftelijk vast.

1.3. De opdracht beperkt zich heden tot datgene dat binnen het bestaande werfdossier van ontwerp, plannen en bestek, bekend is. Wijzigingen aan deze bestaande documenten hebben mogelijk een invloed op de afwerking van deze opdracht. De veiligheidscoördinator ontwerp maakt hiervoor het nodige voorbehoud tegenover de door de ontwerper en/of opdrachtgever afgegeven documenten.

 

2. Aanvang van de opdracht

2.1. De veiligheidscoördinator ontwerp verbindt zich ertoe om zijn opdracht aan te vangen na en vanaf ondertekening van het contract.

2.2. Indien de opdrachtgever om een bepaalde reden de aanvang van de werken uitstelt zal hij de veiligheidscoördinator ontwerp hiervan zo spoedig mogelijk, en ten minste 5 kalenderdagen voor de oorspronkelijke aanvangsdatum, in kennis stellen.

 

3. Verplichtingen van de bouwdirectie belast met het ontwerp

Taak van de architect (indien bouwwerk < 500 m²) of van de opdrachtgever (indien bouwwerk > 500m² of werken die behoren tot bijlage V)

3.1. Erop toezien dat de veiligheidscoördinator ontwerp:

  • zijn opdrachten volledig en adequaat vervult;
  • betrokken wordt bij alle etappes van de werkzaamheden betreffende de uitwerking, wijzigingen en aanpassingen van het ontwerp van het bouwwerk;
  • alle informatie krijgt die nodig is voor de uitvoering van zijn opdrachten; hiertoe wordt de coördinator uitgenodigd op alle vergaderingen, georganiseerd door de bouwdirectie belast met het ontwerp, en ontvangt hij alle door deze bouwdirectie verwezenlijkte studies binnen een termijn die hem toelaat zijn opdrachten uit te voeren;
  • bij het einde van zijn opdracht een exemplaar van het geactualiseerde veiligheids- en gezondheidsplan, het geactualiseerde coördinatiedagboek en het geactualiseerde postinterventiedossier overmaakt.

3.2. Zonder afbreuk te doen aan de verantwoordelijkheden van de verschillende tussenkomende partijen, ziet de bouwdirectie belast met het ontwerp – de opdrachtgever erop toe dat de verschillende tussenkomende partijen samenwerken en hun activiteiten coördineren, teneinde aan de veiligheidscoördinator ontwerp de bevoegdheid, de middelen en de informatie te verzekeren, nodig voor de goede uitvoering van zijn opdrachten. Zo zal de veiligheidscoördinator ontwerp ook uitgenodigd worden door de opdrachtgever of de bouwdirectie belast met het ontwerp op vergaderingen belangrijk in het kader van artikel 17 van de welzijnswet.

 

4. Aansprakelijkheid, verzekering, garantieperiode

4.1. De veiligheidscoördinator ontwerp neemt geen enkele burgerrechterlijke of strafrechtelijke aansprakelijkheid over van alle bouwintervenanten.

4.2. De veiligheidscoördinator ontwerp zal zich op een gepaste manier laten verzekeren om zijn mogelijke aansprakelijkheid te dekken.

 

5. Overlegmomenten

In samenspraak met opdrachtgever en bouwdirectie belast met ontwerp moet een overlegmoment bepaald worden om volgende zaken vast te leggen:

  • de bouwkundige, technische of organisatorische keuzen gemaakt door de opdrachtgever en de bouwdirectie belast met ontwerp worden besproken zodat de coördinatorontwerp deze kan vast leggen in het VGM plan. Afspraak op verplaatsing voordat de werken gestart zijn, zijn niet inbegrepen in onze offerte en worden apart gefactureerd aan 150€ per bezoek;
  • algemene preventiebeginselen in functie van de planning van de verschillende werken of werkfasen
  • raming van de duur van de verwezenlijking van de verschillende werken of werkfasen

Gelieve ons passende data door te geven voor deze bespreking.

 

6. Aansprakelijkheid, verzekering, garantieperiode

6.1. De veiligheidscoördinator verwezenlijking neemt geen enkele burgerrechterlijke of  strafrechterlijke aansprakelijkheid over van alle bouwintervenanten.

6.2. De veiligheidscoördinator verwezenlijking zal zich op een gepaste manier laten verzekeren zoals opgelegd door Afdeling VII, onderafdeling V, art. 65 van het KB van 25/01/2001 om zijn mogelijke  aansprakelijkheid te dekken.

6.3. Indien de opdrachtgever vroegtijdig een einde maakt aan deze overeenkomst, zelfs om reden van budgettaire aard, vervallen alle verplichtingen van de aangestelde veiligheidscoördinator verwezenlijking ten overstaande van de opdrachtgever.

 

7. Praktische regelingen

7.1. Een volledige veiligheidsdossier wordt per aangetekend schrijven overgemaakt aan de bouwheer om, zodra de werken starten en de infrastructuur het mogelijk maakt, door hem te worden gedeponeerd op de werf en te worden bewaard. Geen enkele uitvoerder mag werken aanvangen zonder, middels het in de map bevindend formulier, het Veiligheids- en gezondheidsplan te hebben onderschreven voor kennisname en intentieverklaring tot goede uitvoering. De architect volgt dit op en gaat over tot sancties indien de uitvoerders in gebreke zijn en blijven.

7.2. Door de coördinator wordt één postinterventiedossier opgemaakt, ook indien het project meerdere eenheden omvat. Indien gewenst kunnen aparte postinterventiedossiers worden opgemaakt, hiervoor wordt een kost van 20€ excl. BTW gerekend. Dit bevat gegevens en documenten die enkel de participanten kunnen verschaffen of doen verschaffen. De coördinator vraagt tijdens of te tegen het einde van de werken deze gegevens op bij de betrokken partijen. De partijen die in gebreke blijven zullen er toe gehouden zijn deze ontbrekende elementen, gegevens en documenten alsnog zelf toe te voegen aan het Postinterventiedossier. De coördinator acteert in het Postinterventiedossier de verschafte en ontbrekende elementen

7.3. De Opdrachtgever ziet er nauwkeuring op toe dat de eerstoptredende uitvoerder, tenminste 15 dagen op voorhand, de wettelijk voorgeschreven voorafgaande meldingen doet aan de RSZ, het NAVB en de Technische Inspectie. Op de daartoe voorziene formulieren dient als veiligheidscoördinator-ontwerp en verwezenlijking de naam van de natuurlijke persoon zoals vermeld op blad 1 te worden ingevuld.

7.4. Aan de in het verslag van werfbezoek gemaakte opmerkingen dient door de betrokken uitvoerder onmiddellijk gevolg te worden gegeven om het risico te doen ophouden of te beperken. Indien de betrokken uitvoerder hieraan geen gevolg heeft gegeven bij het volgende werfbezoek zal de coördinator in achtereenvolgende stappen:

  • De architect verzoeken te willen treden ten opzichte van de in gebreke blijvende uitvoerder.
  • Het NAVB verzoeken ter plaatse te komen teneinde de overtredingen officieel vast te stellen.
  • De Technische Inspectie verzoeken ter plaatse te komen voor het opmaken van een PV, leidend tot eventuele vervolging en/of de eventuele tijdelijke sluiting van de werf tot het risico-element werd verwijderd.

Contacteer ons: 09 226 12 33

Mail ons: info@mijnepb.be