EPC voor een niet-residentiële eenheid (EPC NR)
Het EPC voor niet-residentiële eenheden (kantoren, scholen, winkels, horeca, dienstverlening, …), kortweg EPC NR, geeft weer welk deel van de op de site verbruikte energie ook op hernieuwbare wijze op de site geproduceerd wordt. Bijgevolg kan eruit afgeleid worden hoe ver men nog verwijderd is van een koolstofneutrale gebouweenheid.
- Sinds 1 januari 2023: EPC NR verplicht bij notariële overdacht (verkoop, erfpacht, opstalrecht, …) en verhuur van niet-residentiële gebouweenheden. Uitgezonderd tijdelijke constructies (totale gebruiksduur zal minder dan 2 jaar zijn) en kleine alleenstaande gebouweenheden met oppervlakte kleiner dan 50 m².
- Sinds 1 januari 2024: EPC NR verplicht voor alle gebouweenheden van publieke gebouwen en overheidsgebouwen, onafhankelijk van verkoop en verhuur. Voor publieke gebouwen met oppervlakte groter dan 250 m² geldt bovendien een uithangplicht.
- Sinds 1 januari 2025: EPC NR verplicht voor alle niet-residentiële gebouweenheden met oppervlakte groter dan of gelijk aan 1000 m², onafhankelijk van verkoop en verhuur.
- Vanaf 1 januari 2026: EPC NR verplicht voor alle niet-residentiële gebouweenheden met oppervlakte tussen 500 en 1000 m², onafhankelijk van verkoop en verhuur.
- Vanaf 1 januari 2028: Alle gebouweenheden groter dan 500 m² van publieke gebouwen en overheidsgebouwen (behalve gemeenschapsonderwijs en gesubsidieerd onderwijs) dienen over een geldig EPC NR te beschikken, waaruit blijkt dat minimaal label E behaald wordt. Dat komt overeen met minimaal 5% van de totale op de site verbruikte energie die op dezelfde site op hernieuwbare wijze opgewekt wordt.
- Vanaf 1 januari 2030: Alle niet-residentiële gebouweenheden groter dan 500 m² dienen over een geldig EPC NR te beschikken, waaruit blijkt dat minimaal label E behaald wordt. Dat komt overeen met minimaal 5% van de totale op de site verbruikte energie die op dezelfde site op hernieuwbare wijze opgewekt wordt.